BVAS eist vrijlating ter dood veroordeelde arts Ahmadreza Djalali (Persbericht BVAS)
De Belgische Vereniging van Artsensyndicaten (BVAS) verneemt met afschuw dat tegen de Iraanse urgentie-arts Dr. Ahmadreza Djalali de doodstraf is uitgesproken. In een brief aan de Iraanse ambassadeur in Brussel protesteert de BVAS tegen dit doodvonnis. De BVAS vraagt dat Premier Charles Michel en Minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders alles in het werk zetten om de executie van dr. Djalali te voorkomen.
Dr. Djalali, een Iraans-Zweedse arts die gespecialiseerd is in rampengeneeskunde is als gastprofessor verbonden aan een onderzoeksgroep van de VUB en de universiteit van Novara (Italië). Vorig jaar werd hij tijdens een werkbezoek in Iran opgepakt op beschuldiging van ‘spionage voor vijandelijke staten’. Dr. Djalali zou ‘een bedreiging voor de nationale veiligheid’ zijn. Nu Iraanse rechters de doodstraf hebben uitgesproken, dreigt hij effectief geëxecuteerd te worden.
De VUB en Amnesty International voeren al langer actie voor de vrijlating van dr. Djalali. Ook de BVAS is fel begaan met het onfortuinlijke lot van deze arts. Als grootste artsensyndicaat heeft de BVAS ook een ethisch-humanitaire missie. De doodstraf die Dr. Djalali boven het hoofd hangt, is een zeer ernstige schending van de rechten van de mens. De BVAS verzet zich daartegen en eist zijn vrijlating.
De BVAS verstuurde vandaag een protestbrief naar de Iraanse ambassadeur in België. Premier Charles Michel en Minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders worden, eveneens per brief, aangemaand om zich uit te spreken voor de vrijlating van dr. Djalali. De BVAS dringt er ook bij de World Medical Association (WMA) op aan om zich voor Dr. Djalali in te zetten.
De eis tot vrijlating van dr. Djalali past in een lange ethisch-humanitaire traditie van de BVAS om zich het lot van vervolgde artsen aan te trekken. Die traditie gaat terug tot 1996, toen Dr. André Wynen, stichter van de BVAS, naar Chili reisde om bij de toenmalige dictator Augusto Pinochet verzet aan te tekenen tegen de opsluiting van artsen die oppositieleden medische zorg hadden verleend.
Dr. Marc Moens, Voorzitter BVAS